2020/23 Niet inhoudelijk behandeld

Stichting AgriFacts / de hoofdredacteur van Trouw

Samenvatting

Trouw heeft in het artikel “Nederlands gezin steunt boerensector met 500 euro per jaar” aandacht besteed aan belastinggeld dat als subsidie aan boeren wordt betaald. De doelstelling van Stichting AgriFacts (klaagster) is zo algemeen geformuleerd, dat zij niet als rechtstreeks belanghebbende kan worden aangemerkt. De Raad heeft de klacht daarom niet inhoudelijk behandeld.

Conclusie van de Raad voor de Journalistiek
inzake het verzoek van

Stichting AgriFacts

tegen

de hoofdredacteur van Trouw

De heer J. Haanstra, voorzitter, heeft op 26 maart 2020 namens Stichting AgriFacts te Zeist (hierna: klaagster) een klacht ingediend tegen de hoofdredacteur van Trouw. Bij de beoordeling van de klacht is verder correspondentie van klaagster en de heer C. van der Laan, hoofdredacteur, betrokken van 5 en 17 mei 2020.

De zaak is met toestemming van partijen buiten hun aanwezigheid behandeld op de zitting van de Raad van 5 juni 2020.

DE FEITEN

Op 28 december 2019 verscheen op de website van Trouw een artikel met de kop “Nederlands gezin steunt boerensector met 500 euro per jaar”. De intro van het artikel luidt:
Protesterende boeren vragen meer waardering en steun van de bevolking. In werkelijkheid betaalt een gemiddeld gezin in 2020 nu al meer dan 500 euro belasting als inkomenssteun voor de agrarische sector.”
Verder luidde de eerste alinea van het artikel aanvankelijk:
Nederlandse gezinnen moeten in 2020 meer dan 500 euro belasting betalen die via de Europese Unie als subsidie bij de boeren terechtkomt. Dat blijkt uit berekeningen van Wageningen Economic Research, de opvolger van het Landbouw Economisch Instituut. Inwoners van Nederland betalen via de EU rond de 130 euro per persoon aan hun boeren, wat neerkomt op ruim 500 euro voor een gezin met twee kinderen. Geld dat opgaat aan de sanering van de varkenshouderij of de aanpak van stikstofproblematiek is buiten de berekening gelaten.”

Bij het artikel is een foto geplaatst met het bijschrift:
“Protesterende boeren op de A1 bij De Lutte in Overijssel, eerder deze maand. De snelweg werd in beide richtingen geblokkeerd.”

Op 30 december 2019 heeft klaagster haar bezwaren tegen de berichtgeving kenbaar gemaakt aan Trouw en verzocht om rectificatie.

Vervolgens is op 31 december 2019 op de website het volgende naschrift geplaatst:
“Aanvulling 31-12: In een eerdere versie stond in de eerste alinea dat Nederlandse gezinnen in 2020 meer dan 500 euro belasting moeten betalen die via de Europese Unie als subsidie bij ‘de boeren’ terechtkomt. Dit is veranderd in ‘Europese boeren’.”

DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

Klaagster stelt – kort samengevat – het volgende. Het artikel bevat onjuiste informatie. Door de combinatie van kop, intro en foto met bijschrift wordt ten onrechte de indruk gewekt dat de genoemde 500 euro aan Nederlandse boeren wordt betaald.
Volgens klaagster heeft Trouw het artikel ‘stilletjes’ aangepast, zonder daaraan ruchtbaarheid te geven. Deze aanpassing is onvoldoende, omdat daaruit voor de lezer onvoldoende blijkt dat aanvankelijk ten onrechte de suggestie is gewekt dat het om Nederlandse boeren zou gaan. Daarnaast is het artikel ook via de papieren krant en via Twitter verspreid, waarbij geen rectificatie heeft plaatsgevonden.
Tot slot stelt klaagster dat zij is opgericht met het doel publicaties over de land- en tuinbouw te ‘fact checken’ en bij onjuistheden te verzoeken om rectificatie. Klaagster is conform haar statuten bevoegd om hiertoe procedures te voeren. Uit haar doelstellingen en feitelijk handelen blijkt dat zij voldoet aan de definitie van ‘rechtstreeks belanghebbende’.

Trouw stelt hier – eveneens samengevat – het volgende tegenover. De kern van de klacht betreft een feitelijk, economisch vraagstuk met betrekking tot de belastingafdracht door Nederlandse gezinnen en de Europese subsidieverstrekking aan boeren. Het doel van klaagster zoals omschreven in haar statuten, ziet niet op dergelijke vraagstukken. Het belang van klaagster is dus niet direct betrokken bij de publicatie en klaagster wordt evenmin in haar persoonlijke belang geraakt. Klaagster kan daarom niet als rechtstreeks belanghebbende worden beschouwd en is derhalve niet-ontvankelijk in haar klacht.
Verder betwist Trouw dat sprake is van onjuiste berichtgeving. De kop moet worden gelezen in samenhang met de rest van de publicatie. Dit geldt ook voor de foto en het bijschrift. Uit het artikel blijkt duidelijk dat het gaat over Europese subsidies aan Europese boeren.
Als tegemoetkoming aan het verzoek van klaagster is het artikel op 31 december 2019 aangepast en is een verklarend naschrift toegevoegd. Van het ‘stilletjes’ aanpassen is geen sprake. Voor het geven van meer ruchtbaarheid bestaat geen aanleiding, omdat het niet gaat om een rechtzetting, maar een bescheiden verduidelijking.

BEOORDELING VAN DE KLACHT

Volgens artikel 2 lid 1 van het Reglement voor de werkwijze van de Raad moet een klacht worden ingediend door een ‘rechtstreeks belanghebbende’. Een klager kan als zodanig worden aangemerkt, indien zijn belang bij de gewraakte publicatie direct betrokken is en hij door die publicatie persoonlijk in zijn belang is geraakt. Als rechtstreeks belanghebbende wordt tevens beschouwd een organisatie die door doelstelling en feitelijk handelen opkomt voor het in geding zijnde belang.

De Raad stelt vast dat klaagster niet in de berichtgeving is genoemd en dat de berichtgeving ook geen betrekking heeft op haar. Niet is gebleken van omstandigheden die kunnen leiden tot het oordeel dat klaagster als rechtstreeks belanghebbende kan worden beschouwd in de hiervoor bedoelde zin.

Het doel van klaagster is zo algemeen geformuleerd dat hieruit niet kan worden afgeleid dat haar belang direct betrokken is bij de bestreden berichtgeving en zij daardoor in haar belang is geraakt.

Nu klaagster geen rechtstreeks belang heeft bij de zaak zal de Raad de klacht niet inhoudelijk behandelen.

Relevante eerdere conclusies van de Raad: RvdJ 2019/23 en RvdJ 2014/3
Relevante artikelen uit het Reglement voor de werkwijze van de Raad: 2 lid 1 en 9 lid 2

CONCLUSIE

De Raad behandelt de klacht niet inhoudelijk.

Zo vastgesteld door de Raad op 14 juli 2020 door prof. mr. B.E.P. Myjer, voorzitter, L.C. Hauben, mw. L.M. van de Langenberg MSc, S. Kuijper en mw. M. Stenneke, leden, in tegenwoordigheid van mw. mr. D.C. Koene, secretaris, en mw. mr. J.E.H.J. Vollaers, plaatsvervangend secretaris.